Grote Stern
De grote stern (Thalasseus sandvicensis) behoort tot een familie van zeevogels, die gerelateerd is aan de meeuwen en schaarbekken. De meeste sterns werden vroeger ingedeeld bij het geslacht Sterna. Analyse van DNA-sequenties heeft echter geleid tot diverse afsplitsingen zoals het geslacht Thalasseus. De grote stern is te herkennen aan zijn zwarte kuif en snavel met een klein geel puntje.
Sterns komen over de hele wereld voor.
Sterns zijn middelgrote vogels, meestal met een grijs of wit verenkleed en vaak met een deels zwarte kop. Ze hebben vrij lange snavels en poten met zwemvliezen. Ze zijn lichter gebouwd dan meeuwen en hebben als ze vliegen een eleganter voorkomen met een lange staart en lange vleugels.
De meeste sterns jagen op vis door te duiken. Vaak bidden ze daarbij eerst boven het wateroppervlak om hun prooi te lokaliseren. Moerassterns uit het geslacht Chlidoniaspakken echter insecten vanaf het oppervlak van zoet water. Sterns zweven slechts zelden, maar een paar soorten (met name de bonte stern) zweven geregeld hoog boven zee. Hoewel sterns beschikken over zwemvliezen, zwemmen ze weinig, in de praktijk alleen om te baden.
Sterns broeden in grote, dicht opeengepakte kolonies. Afhankelijk van de soort en de habitat kunnen de nesten bestaan uit kuiltjes in de grond, rommelige verzamelingen stokjes in bomen of drijvende vegetatie. Sterns leven over het algemeen behoorlijk lang, zoals de meeste zeevogels, van verscheidene soorten is bekend dat ze meer dan 30 jaar oud kunnen worden.
Maak jouw eigen website met JouwWeb