Gele waterlelie
In onze wilde natuur is de gele plomp gelukkig nog een veel voorkomende soort die zijn gele bloemen de hele zomer door tussen tussen de bekende drijvende plompe bladeren omhoogsteekt, die net als de bloemknoppen aan de kruipende wortelstok worden gevormd.
In de volksmond noemt men ze dikwijls de gele waterlelie. Het zijn sterke planten die al gauw veel ruimte vragen en niet geschikt zijn voor een kleine vijver. Ze verdragen goed stromend water.
Het eerste levensjaar is de plant vaak alleen een onderwatervorm, die dicht opeenstaande onderwaterbladeren in een rozet vormt. Het heeft wel iets van een krop sla weg.
Maar deze plant verandert al snel als de plant ook drijvend blad gaat vormen. De plant vormt zodanig dus 2 soorten bladeren: lichtgroen, gegolfde bladeren onder water en drijvende bladeren die maar kort leven. De onderwater bladeren blijven ook in de winter groen en dragen rijkelijk bij tot het zuurstofgehalte van het water.
Gele plomp staat graag op grote diepte in de vijver. De langgesteelde, geurende bloemen bestaan uit 5 gele kelkbladen en tal van kleine kroonblaadjes. De geur trekt veel hommels en wilde bijen aan.
Vermeerdering gaat zeer gemakkelijk door delen van de kruipende wortelstok (april) zoals bij waterlelies